Patiënten kunnen op veel manieren informatie verkrijgen over geneesmiddelen. De belangrijkste bronnen zijn de behandelend arts en de apotheker.
De patiëntenbijsluiter bevat alle informatie die de patiënt moet weten voor een goed en veilig gebruik van het geneesmiddel. Elk geneesmiddel moet bij aflevering vergezeld zijn van een bijsluiter. Afhankelijk van waar het geneesmiddel is geregistreerd, moet de bijsluiter voldoen aan richtlijnen die door die overheid zijn opgesteld. Voordat een geneesmiddel op de markt komt, beoordeelt de overheid de bijsluiter en stelt deze vast.
Een bijsluiter bevat in ieder geval de volgende onderdelen:
Voor goed gebruik van een geneesmiddel is het belangrijk om de informatie in de patiëntenbijsluiter zo begrijpelijk mogelijk te maken voor de gebruikers. Sanofi werkt samen met het CBG om de kwaliteit van de bijsluiter te verbeteren.
Op de website van het CBG vindt u de Geneesmiddeleninformatiebank.
Hier vindt u de bijsluiters van alle medicijnen met een handelsvergunning in Nederland.
Voor de terminologie en de vertalingen gelden wereldwijd bindende afspraken. Veel nieuwe geneesmiddelen van Sanofi zijn geregistreerd bij de Europese overheid. Deze bijsluiters moeten in eerste instantie in het Engels worden opgesteld en getoetst op begrip en leesbaarheid. Vervolgens worden ze vertaald, volgens de officiële regels. De ruimte om teksten aan te passen is uiterst beperkt.
Bijsluiters van Sanofi worden getest door consumentenpanels. Daarbij wordt speciaal gelet op vindbaarheid, begrijpelijkheid en toepasbaarheid van de informatie. Goede vormgeving, zoals opmaak, kleur, lettertype en lettergrootte, vergroot het begrip.